vrijdag 11 januari 2013

Onverwachte wendingen, write-ins en plotbunnies: NaNoWriMo

Door Sigrid Lensink-Damen

Elk jaar wordt in november de National Novel Writing Month gehouden. Dit is een initiatief van een aantal Amerikaanse enthousiastelingen die iedereen de kans willen geven binnen één maand 50.000 woorden aan zijn of haar boek te schrijven. Het devies: zet die interne criticus een maand in de koelkast, ga zitten en schrijf!

Uitdaging

Het lijkt me een geweldige uitdaging: een hele maand alleen maar bezig zijn met je boek, je personages en je eigen gedachten. Ik klik wat rond op de NaNoWriMo-site om informatie in te winnen over het hoe en wat, mail schrijfgenoten en vraag naar hun ervaringen. De een adviseert me al een schema op te stellen en de personages uit te werken voordat de maand begint, een ander laat alles op zijn beloop en ziet wel wat ervan komt.

Ik hoef niet lang na te denken: dit móét ik doen. Ik geef me op en krijg op de NaNoWriMo-site toegang tot alle fora en functionaliteiten. Het is een kleine handeling, maar in mijn hoofd is het een grote stap: ik ben een drempel over. Mijn eerste overwinning.

Danswater

Ik ben van het plannen, dus mijn schema ligt naast mijn laptop. Helaas, daar heb ik niets meer aan op het moment suprème: er plopt een idee in mijn hoofd op (letterlijk) voor een ander verhaal dat al een tijdje op de plank ligt. Ik weet ook al hoe het verhaal moet heten: Danswater. Sterke aanwijzingen van mijn creatieve bewustzijn, besef ik. Ik besluit voor dit verhaal te gaan en het schema voor die andere roman voor volgend jaar te bewaren. Kiezen voor creativiteit: mijn tweede overwinning.

In week 1 gaat het schrijven voorspoedig. Het doet me goed mijn interne criticus opzij te schuiven en gewoon te schrijven. De organisatoren van NaNoWriMo sturen om de dag een peptalk per mail, die je doet glimlachen en laat doorschrijven. Mijn keuze om op het laatste moment van gedachten te veranderen, pakt goed uit. Ik schrijf mezelf zelfs door een blokkade heen. Mijn derde overwinning.

Individualistisch groepsfenomeen

Het fenomeen NaNoWriMo is individualistisch (je moet dat boek toch echt zelf schrijven), maar geeft je ook het prettige gevoel onderdeel te zijn van een groep. Er zijn 300.000 mensen wereldwijd met NaNoWriMo bezig en al snel blijkt dat de problemen waar mensen tegenaan lopen, dezelfde zijn als je eigen sores. Ik kijk dan ook regelmatig op de fora voor oplossingen en aanmoediging.

Week 2 wordt ook wel de Helweek genoemd, omdat het eerste enthousiasme van je afgeschreven is en je nu dóór moet gaan.

Onverwachte wendingen

Ik ervaar iets heel anders in week 2: onverwachte wendingen. Er wandelen ineens personages mijn verhaal binnen met een lading bagage en diepgang, waarvan mijn mond openzakt. Ik schrijf plotseling over een slechterik die over lijken gaat en het mijn hoofdpersonages flink moeilijk zal gaan maken. Mijn verhaal Danswater begint werkelijk te dansen en te stromen.

Ook bezoek ik in deze week bezoek ik een write-in. Dit is een schrijfbijeenkomst, georganiseerd door NaNoWriMo-deelnemers. Die van mij is in Groningen en ik combineer dit met een familiebezoek. De write-in is gezellig, te gezellig, maar zeer inspirerend. Ik ontmoet vier andere gemotiveerde schrijvers. We wisselen ervaringen uit en doen een ‘wordwar’: binnen 15 minuten zo veel mogelijk woorden schrijven. Ik win met 836 woorden. Mijn vierde overwinning en ik mag een 3D-muismat met paarden (voor mijn dochter) mee naar huis nemen.

Week 3

Dan komt in week 3 de klad erin. Ik loop achter door afspraken en de allerdaagse beslommeringen en ik krijg vertaalopdrachten aangeboden die ik héél graag zou aannemen (Russisch!), maar ik houd mij aan mijn belofte aan mezelf: één maand schrijven en niet vertalen. Heel dapper sla ik de opdrachten af. Mijn vijfde overwinning. Eigenlijk heb ik er geen seconde spijt van, want ik kies deze maand voor mijn schrijfwerk, mijn langgekoesterde droom.

Plotbunnies

En dan weet ik het niet meer. Ik staar naar het verhaal en ben totaal het overzicht kwijt. Ik weet niet meer wat de personages moeten doen, hoe de plot zich moet ontwikkelen en welke wegen ik moet bewandelen om mijn personages te krijgen waar ik ze hebben wil.

Ik besluit mijn schrijfvriendjes en -vriendinnetjes via het forum om raad te vragen. Die komen al snel met waanzinnige ideeën, die ze plotbunnies noemen: laat je personage een boterham smeren en beschrijf dat nauwkeurig. Laat een UFO landen, laat de personages ruzie krijgen, elkaar plotseling zoenen of vermoord iemand.

Ik heb er een hard hoofd in, maar laat mijn personage toch een boterham smeren en opeten. Het werkt! Het personage overdenkt de gebeurtenissen en weet ineens wat ze moet gaan doen. En ik ook. Ik schrijf binnen no time 3000 woorden. Mijn zesde overwinning.

Magische grens

Week 4 vormt voor mij de spreekwoordelijke ‘laatste loodjes’ en dan komt het einde van november komt sneller in zicht dan gehoopt. Ik sluit me nog één avondje op in mijn kamer, zet goede schrijfmuziek op en haal toch nog met gemak de 50.000 woorden op 29 november. Als het balkje onder mijn profielnaam, waar het aantal woorden wordt bijgehouden, de 50.000 woorden passeert, grijns ik naar de computer. Als ik de woorden van mijn verhaal heb laten tellen door de computer van de NaNoWriMo-site, verandert het balkje in een paarse kleur met in goud WINNER erin. Mijn zevende overwinning.

Ik ben trots, blij, opgelucht en uitgeput. Ik heb ruim 50.000 woorden aan mijn roman geschreven. Ik ben trouw gebleven aan mijn doel én ik weet nu dat ik het kan. Ik kan mezelf door blokkades heen schrijven. Ik kan slechteriken bedenken, maar ook de nodige diepgang aanbrengen.

Ligt mijn roman binnenkort in de winkel? Nee. Maar misschien wel over een paar jaar. NaNoWriMo was stap 1. Ik heb nu alle vertrouwen in de rest van het proces: ik kan het!