vrijdag 29 november 2013

Verharing en voorhuidvernauwing

Het Onze Taal-congres, een verslag.


Door Marthe Dijk

Zaterdag 16 november werd in het Chassé Theater in Breda het congres gehouden van het Genootschap Onze Taal. Het was voor mij de eerste keer dat ik erbij was en ik had hoge verwachtingen van het samenzijn van honderden taalliefhebbers, taalenthousiastelingen en taalpuristen. Ook bij deze bevolkingsgroep van het Koninkrijk der Nederlanden is de vergrijzing inmiddels toegeslagen. Of misschien is het wel nooit anders geweest. Het was in elk geval een goed moment om eens terug te blikken op `de wortels van het Nederlands´, het thema van het congres dit jaar.

Na een korte opening door Onze Taal-voorzitter Gert Haverkate wordt het woord gegeven aan de dagvoorzitter en congrespresentator Jan Kuitenbrouwer. Hij weet de ruim 1300 aanwezigen direct enthousiast te maken met het vooruitzicht op een interactieve etymologiequiz tussen de lezingen door. Daarnaast zet hij de toon door de morosofische stelling van filosoof Johannes Goropius Becanus te poneren dat alle talen van het Nederlands afstammen. Enkele voorbeelden die deze stelling onderbouwen zijn sigaret > sig-ar-et > zuig er uit en paparazzo > papa-razzo > papieren rotzooi. Maar ook op een congres over de Nederlandse taal is de invloed van andere talen duidelijk merkbaar. In het congresmapje zit geen hebbedingetje, maar een gadget, we zijn op zoek naar de roots van het Nederlands en twitteren kan met hashtag ot13.

Dit blijkt de running gag (ook wel groeigrap) van het congres te zijn. Wanneer H.K.H. Prinses Laurentien vervolgens op het toneel wordt geroepen, wordt haar uitgelegd dat de knop `next´ haar de volgende dia laat zien. En later op de dag refereert Alof Wiechmann aan `naar-beneden-ladingen´ (downloads). De prinses verrast mij in positieve zin met haar onthullingen over haar ochtendgymnastiek. Anders dan je zou denken, bestaat haar ochtendritueel uit de dagelijkse test van beterspellen.nl. Deze site is onlangs uitgeroepen tot Website van het Jaar en is erg verslavend. De prinses geeft een voorbeeld: de ondernemingsraad heeft ........ nieuwe voorzitter gekozen. Het publiek moet een keuze maken tussen `zijn´ of `haar´. De meerderheid kiest voor deze laatste, wat fout is. Hierop constateert de prinses een “verharing van de samenleving”, een mooi neologisme.

De ochtend gaat verder met het serieuzere deel van het programma, met lezingen van Hans Beelen over de wetenschap van de etymologie en Frits van Oostrom over de klanken van het Middelnederlands. Beide heren zijn gewend aan het geven van colleges, want ze zwetsen een eind weg en gaan over de beschikbare tijd heen. Van Oostrom lanceert in zijn lezing de iPad-app Vogala, waar Middelnederlandse teksten worden voorgelezen om ze op deze manier tot leven te wekken. Volgens Kuitenbrouwer een hele appening. Aan woordgrapjes geen gebrek op dit congres.

Het laatste programmaonderdeel voor de lunchpauze is de uitreiking van de Groenman-taalprijs. Prijswinnaar Paul van Vliet houdt een mooie dankrede, waarin hij ook de vertaalproblemen van komische sketches aanstipt. Van zijn Nederlandse voorstelling sloeg alleen de sketch over een vadermoord aan bij het Engelse publiek. Dit is natuurlijk niet heel vreemd, want tijdens een voorstelling wordt er allerlei kennis verondersteld van het publiek en de kennis van een Engels publiek verschilt nu eenmaal van die van een Nederlands publiek. Een gegeven waar je als vertaler altijd rekening mee moet houden. Van Vliet kwam dan ook tot de conclusie dat het wel mogelijk was om zijn liedjes te vertalen, maar dat hij voor zijn sketches iets anders moest verzinnen.

Het middagprogramma begint met een lezing van Alwin Kloekhorst, die uitleg geeft over de reconstructie van de Indo-Europese taalfamilie. Door het vergelijken van verschillende talen kan een prototaal worden achterhaald en kan men er ook achter komen wanneer een bepaalde taal zich heeft afgescheiden van de rest. Erelid van het Genootschap Kees van Kooten houdt vervolgens zijn voordracht. Hier had ik eerlijk gezegd meer van verwacht. Ik miste vooral enige samenhang in zijn verhaal. De lachers heeft hij echter wel op zijn hand, in het bijzonder door het vernieuwen van enkele bekende spreekwoorden (`over smaak valt niet te twisten´ wordt `de afstandsbediening is van iedereen´). Ook de lezing van Vivien Waszink over de invloed van hiphop op neologismen in de taal valt tegen. Haar werk als lexicograaf komt iets te duidelijk naar voren door het minutieus uitleggen van begrippen als tweedelegvader en twibbatical. Wim Daniëls voldoet echter aan mijn verwachtingen met een leuke voordracht waarin begrippen als voorhuidvernauwing en ollieklonje besproken worden (overigens wel een lezing die hij al vaker heeft gehouden).

De dag wordt uiteindelijk afgesloten met de presentatie van Woord van het Jaar 2013. In de auto terug naar huis wordt op de radio al direct melding gemaakt van het feit dat de bezoekers van het Onze Taal-congres participatiesamenleving als Woord van het Jaar hebben gekozen. Dat gaat over mij! En misschien ben ik er volgend jaar wel weer bij. Dan draag ik ook graag opnieuw mijn steentje bij om de vergrijzing tegen te gaan.

Geen opmerkingen: